Input waterschappen noodzakelijk voor integrale planvorming gebiedsontwikkelingen

Het IKW zet zich actief in voor de verdere uitwerking en concretisering van vijf integrale gebiedsontwikkelingen aan de vaste wal kust van de Waddenzee. Het gaat om: Waddenbaai, Programma Harlingen, Fries programma Waddenkust, Holwerd en Eemszijlen. Belangrijk binnen de uitwerking van deze ontwikkelingen is de aanpassing naar een robuust watersysteem om de negatieve gevolgen van klimaatverandering op te kunnen vangen. Denk aan steeds extremere neerslagsituaties (van zowel droge als natte periodes) en de verdere verzilting door zeespiegelstijging.

Huidig watersysteem niet langer houdbaar
Uit het, in 2024, verschenen rapport van de Waddenacademie over de zoetwaterbeschikbaarheid in Noord-Nederland (gepresenteerd tijdens het IKW symposium ‘Van dijkversterking tot klimaatadaptieve Waddenkust) blijkt dat die beschikbaarheid onder steeds grotere druk komt te staan. Daarnaast blijkt uit het, rond dezelfde tijd verschenen, rapport Deltascenario’s van Deltares (zie ook deze brochure ) dat de wateropgaven de komende jaren, flink groter worden. Zoetwatertekorten in de zomer nemen toe, er ontstaat meer wateroverlast, de zeespiegel stijgt met verzilting als gevolg én de impact van overstromingen wordt groter. Voor het IKW is het van groot belang om de gebiedsontwikkelingen langs de Waddenkust uit te werken volgens het principe van “water en bodem sturend”.
Omdat de waterschappen daarin een belangrijke rol hebben bij het uitvoeren van ‘water en bodem sturend’, heeft het IKW in het najaar van 2024 aan het bureau Elzinga & Oterdoom Procesmanagement gevraagd om te verkennen hoe zij op dit moment invulling geven aan het watervraagstuk langs de Waddenkust. Het rapport van deze verkenning is hier te vinden.

Nog geen concrete maatregelen
Uit die verkenning komt naar voren dat het de waterschappen op dit moment nog niet, of slechts in beperkte mate, lukt om aan te geven welke concrete maatregelen (in het kader van een klimaatrobuust watersysteem) een plek moeten krijgen binnen de vijf integrale gebiedsontwikkelingen. Daarnaast blijkt dat de vertaling van de zoetwaterbehoefte van de Waddenzee zelf nog niet is ingevuld. Kortom de verkenning maakt duidelijk dat de vertaling van “water en bodem sturend” in de praktijk nog niet of slechts beperkt van de grond komt.

Verdiepend onderzoek
Op basis van de resultaten uit de eerste verkenning, is door het IKW aan Elzinga & Oterdoom gevraagd om ook een verdiepend onderzoek te doen. Daarbij stond centraal op welke wijze de integrale planvorming langs de Waddenkust op korte termijn tot stand kan komen (rekening houdend met het zoetwatervraagstuk en een klimaat robuust watersysteem als onderlegger). En wat er nodig is om ook het Waddengebied als plek waar zoet rivierwater en zout zeewater vermengd wordt, onderdeel te laten zijn van de planvorming. Zie hier het hele rapport.

Uit die verdieping komt naar voren dat het moeilijk is om met oplossingen en concrete maatregelen te komen. Dat komt enerzijds omdat er nog moet worden uitgezocht hoe de klimaatscenario’s van het KNMI en Deltares een rol spelen in het toekomstige watersysteem. En anderzijds, omdat er nog geen goed inzicht is op de toenemende vraag naar zoetwater in de kustregio. Verder moeten er nog verschillende stappen worden genomen om in samenhang en samenwerking tussen de waterschappen en de overheden (landelijk, regionaal en lokaal) te komen tot oplossingen. En vooral dat laatste is lastig, juist omdat rekening moet worden gehouden met het hele stroomgebied. Zo kan bijvoorbeeld een water gerelateerde (ruimtelijke) ingreep in Programma Harlingen niet los worden gezien van ontwikkelingen binnen het (internationale) stroomgebied van de Rijn met Zwitserland, Liechtenstein, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland en kleine delen van Italië, Oostenrijk en België als oeverstaten.

Wat kan wel?

Uit de verdieping blijkt gelukkig ook dat er al wel maatregelen zijn die nu al kunnen worden uitgewerkt en opgepakt. Zo stelt de Initiatiefgroep Toekomstbestendig Lauwersmeer bijvoorbeeld voor om een zelfvoorzienend watersysteem te ontwikkelen gebaseerd op een jaarlijks neerslagoverschot. Zo kan het waterschap Noorderzijlvest al concrete maatregelen nemen, zodat water makkelijker kan worden vastgehouden in natte perioden en beschikbaar is in tijden van droogte. Daarnaast worden in de verkenning Programmalijn Zoetwaterbeschikbaarheid en Verzilting (in opdracht van het Fries Programma Waddenkust) ook al verschillende maatregelen voorgesteld die bijdragen aan een klimaatrobuust watersysteem.

Belangrijke rol voor het IKW
In de verdieping wordt besloten met de aanbeveling om per gebiedsontwikkeling te inventariseren welke maatregelen nu al opgepakt kunnen worden. Daarin is een belangrijke rol voor het IKW weggelegd, omdat die vanuit haar Waddenbrede insteek een faciliterende en aanjagende rol vervult. De focus ligt daarbij niet alleen op de integrale gebiedsprocessen langs de vaste wal kust, maar ook op de natuurwaarden in de Waddenzee en de ontwikkelingen op de eilanden.

Ontwikkeling Waddenpromenade Harlingen nieuwe impuls voor toerisme en duurzaamheid
Naar een klimaatadaptieve en robuuste Waddenkust